In 2002-2003 speelde Mirjam de zelfgeschreven muziektheatervoorstelling ‘How to get rid of Bette Midler’. Hierin liet ze op geestige wijze de strijd van een zangeres zien met haar dominante Joodse moeder en haar alter-ego Bette Midler. Onder de laag van humor en muziek gaf de tweede generatie oorlogsproblematiek zwaarte aan de voorstelling. De titel verwijst naar het feit dat de hoofdpersoon uiteindelijk niet zoals Bette Midler kan en wil zijn, maar zichzelf zal moeten accepteren. Haar alter ego wordt de laan uit gestuurd.
Met Engelse- en vertaalde liedjes van, hoe kan het ook anders, Bette Midler.
Regie: Mariëtte Ciggaar
Piano/bas: Frans Heemskerk en Arto Boyadjian/Mark Haanstra
Enkele liedteksten/vertalingen: Joost Laterveer
Impresariaat:Grünfeld Theaterproducties
Recensies
De Volkskrant, Patrick van den Hanenberg:
”Mirjam van Dam snijdt in haar solo een interessant probleem aan van de tweede generatie oorlogsslachtoffers. De link naar Bette Midler is ook heel aardig gevonden en zorgt voor een aantal kostelijke beschrijvingen van de schaamteloze manier waarop Midler haar plek heeft veroverd. Het lied waarin de verhouding tussen moeder en dochter uiteen wordt gezet is wonderschoon. Van Dam heeft een prachtig programma in handen.”
De Bette Midler fanclub:
”It is obvious that Mirjam van Dam has done more than just gather the sheet music of the songs, she has studied Bette and her way of singing, and her movements. We all agreed that since we can’t get Bette herself here, Mirjam is a very good replacement.”
Recensies op de website www.moose.nl
”Je staat direct op het verkeerde been als je de flyer van How To Get rid Of Bette Midler aanschouwt: een portret van een vrouw in een minuscuul topje met het motief van de Amerikaanse vlag. De aandacht gaat uit naar haar welgevormde borsten (of: ’tits’ zoals ze zelf zegt), maar de blik in het gelaat is gepijnigd.
Pijn loopt als een zorgvuldig geweven rode draad door deze show. We zien Betty, een beginnende zangeres die naar de top wil en de regels van de showbusiness op een rijtje zet. We zien en horen haar bemoeizuchtige moeder (‘Kind, heb je wel gegeten?’) en ook flarden Bette Midler, hoewel Van Dam de Amerikaanse diva niet letterlijk probeert te imiteren.
Gaandeweg vallen de stukjes uit een sinister verleden op hun plaats, mede door een knappe vergelijking tussen een rechthoekige Tupperware-box en een treinstel met compartimenten. Hoewel de wat voorspelbare gesproken-woord gedeelten de snelheid soms wat uit de voorstelling halen, schittert Mirjam van Dam vooral als vocaliste.
Begeleid door Frans Heemskerk (piano) en Arto Boyadjian (bas) switcht Van Dam van vaudeville-achtige blues naar een grandioze Mariah Carey-imitatie, waarmee ze de toonladder-acrobate genadeloos in haar hemd zet.
Conclusie: gaat dat zien!”
”Muzikale voorstelling met veel lef over een zangeres die een ster wil worden en daar veel, zoniet alles voor over heeft. Ze toont met veel vaart en humor schaamteloos alle demonen in haar hoofd en de monsters op haar pad. Haar moeder, het publiek, de muzikanten en haar voorbeeld Bette Midler komen hierin voorbij. Van Dam laat in deze boeiende voorstelling zien dat ze méér is dan een zeer goede zangeres.”